Strategie

De gemeente Harlingen is slimme volger van de landelijke en regionale doelstellingen en houdt de nieuwste ontwikkelingen goed bij om naar een CO2-neutrale en aardgasvrije gemeente te komen in 2050.

In onze gemeente gaan we nog geen wijken, buurten en dorpen aardgasvrij maken voor 2030. Dat vinden wij nog te vroeg. De klimaatopgave is zeer complex, en vergt de juiste aandacht en tijd. Er heerst tot dusver nog veel onzekerheid over beschikbaarheid van de alternatieven voor aardgas en bovendien is volledig van het aardgas afgaan nu vaak nog te kostbaar. We kiezen ervoor om stapsgewijs richting aardgasvrij te gaan.

Om onze ambities te halen en de gebouwen in de gemeente Harlingen in 2050 aardgasvrij te hebben gemaakt en onze CO2-uitstoot met 95% te verminderen, volgen we drie strategische sporen.

Spoor 1: iedereen isoleren!

De gemeente Harlingen wil resultaatgericht aan de slag met energiebesparing om de warmtevraag (en daarmee de aardgasvraag) te verminderen.

De eerste stap is het creëren van bewustwording en het stimuleren van geen spijt-maatregelen. Het verminderen van de warmtevraag begint namelijk met het besparen van energie en het isoleren van gebouwen.

In het de paragraaf 'Zelf aan de slag' staan welke maatregelen bewoners zelf kunnen nemen om hun wooncomfort te verhogen, de CO2-uitstoot te verminderen en te besparen op de energierekening. Uit een analyse van het besparingspotentieel met geen-spijtmaatregelen blijkt dat we een aanzienlijk deel van de huidige warmtevraag (circa 22%) kunnen besparen wanneer inwoners hun huis verbeteren. In de bijlage 'Verdieping: isolatiepotentie per buurt met geen-spijtmaatregelen' is meer te lezen. De gemeente Harlingen gaat nog kijken hoe dit met concrete maatregelen gestimuleerd kan worden.

Spoor 2: faciliteren van (maatschappelijke) initiatieven

Uiteindelijk is het de bedoeling dat ieder gebouw in de gemeente Harlingen in de periode tussen nu en 2050 aardgasvrij wordt. Dat doen we stap voor stap. We zetten in op een geleidelijke transitie.

De gemeente Harlingen heeft besloten niet zelf actief aan de slag te gaan met het volledig aardgasvrij maken van wijken, buurten en dorpen vóór 2030.

Vooral waar een collectieve oplossing mogelijk kansrijk is, voeren we verdiepend onderzoek uit. Zo maken we tot 2030 de WAT-kaart steeds concreter. Door hiermee aan de slag te gaan krijgen we een beter antwoord op de volgende vragen:

  • Is een warmtenet technisch écht kansrijk of gaan we toch voor individuele oplossingen?

  • Kloppen de uitkomsten van de WAT-kaart technisch gezien precies en hoe gaan we de kansrijke, duurzame warmteoplossingen in een bepaald gebied betalen?

  • Hoe kunnen we werk met werk combineren? Kunnen we bijvoorbeeld werkzaamheden aan riolen en wegen uitstellen? Is er sprake van grootschalige renovatieplannen bij woningcorporaties? En moeten we in bepaalde wijken het gasnetwerk vervangen of eruit halen?

  • Hoe zorgen we ervoor dat er draagvlak onder inwoners ontstaat?

Spoor 3: denk vooruit, een geleidelijke warmtetransitie

In veruit de meeste wijken in de gemeente Harlingen is een individuele oplossing het meest kansrijk. Vaak is het afhankelijk van de ouderdom en de staat van het gebouw of dat dan een all-electric warmtepomp is of een hybride warmtepomp met (hernieuwbaar) gas is. Alleen in de oude binnenstad van Harlingen weten we vrij zeker dat daar een individuele oplossing met hybride warmtepompen de meest kansrijke oplossing is.

Deze inwoners maken hun woning op een moment dat het hen het beste uitkomt aardgasvrij. Bijvoorbeeld omdat inwoners duurzaamheid belangrijk vinden, het alternatief goedkoper wordt of omdat de cv-ketel kapot of oud is. Ergens in de komende 29 jaar moet dit alles gebeuren. Om dat goed te laten verlopen, moeten we vooruitdenken.

Dat doen we door de volgende stappen te nemen:

  • We onderzoeken hoe groot de kans is dat de gasnetwerken beschikbaar blijven. Vooral voor de oude binnenstad van Harlingen is dat belangrijk;

  • We herijken de Transitievisie Warmte iedere 5 jaar, zodat de nieuwste kennis en informatie mee kan worden genomen. Daarbij kijken we onder meer naar nieuwe inzichten rondom geothermie, restwarmte en de beschikbaarheid van hernieuwbare gassen.

  • We gaan bewustwording creëren onder inwoners om op 'natuurlijke momenten' (bijvoorbeeld bij verbouwingen) de transitie te maken.